Angst
Veel kinderen zijn een periode van hun leven angstig. Angst kan zich op van alles richten, er zijn veel soorten angst. Faalangst is er een veel genoemde klacht. Nachtmerries zijn ook een vorm van angst, soms bij kinderen die overdag geen angstige indruk maken. Als dat het leven teveel beïnvloedt vragen ouder zich soms af hoe ze ermee om moeten gaan, of het normaal is, of het over gaat. Met deze vragen komen ze soms in het Kindertherapeuticum terecht.
Angst in soorten
Angst is er in heel veel verschillende soorten. Voor dingen die we ons als volwassenen goed kunnen voorstellen, zoals angst voor de dood of angst voor onweer of voor spinnen. Maar kinderen ook voor de gekste dingen bang zijn. Bijvoorbeeld voor mensen met een bril, voor een grote ruimte, of juist voor een kleine ruimte. Sommige kinderen zijn bang voor hun eigen gedachten of voor stemmen in hun hoofd. Over het algemeen helpt het niet om met volwassen logica de angst van je kind te lijf te gaan. Dat geldt voor alle soorten angst.
Faalangst
Faalangst is een aparte vorm van angst. Wie kent niet het angstige gevoel, dat je iets moet presteren, waarvan je niet zeker bent dat het je gaat lukken. Als een kind daardoor op school onder zijn niveau presteert doordat hij blokkeert of op de schaatsbaan niet meer vooruit kan ten gevolge van zijn knikkende knieën wordt de term faalangst wel gebruikt. Het is de vraag of dat de juiste term is. Het is niet de angst voor het falen maar voor het moeten presteren. Iemand met faalangst vraagt zich niet alleen af of hij op het beslissende moment wel kan presteren, dat heeft iedereen. Iemand met faalangst merkt dat hij op een oncontroleerbare manier in de krachtveld wordt gezogen, waarin hij niet meer kan doen wat hij op een ander moment best kan. De kracht wordt uit hem weggezogen, zoals bij zeeziekte de bodem onder je bestaan wordt weggeslagen. Dat is de kracht van faalangst.
Nachtmerries
Iedereen die zijn kind heeft moeten troosten omdat het met een nachtmerrie bij je komt twijfelt er niet aan: een kind met een nachtmerrie is bang. Doodsbang zelfs. Je weet ook dat het geen zin heeft om met je kind een goed gesprek te voeren over de bizarre dingen die het heeft meegemaakt. Nachtmerries komen uit de onbewuste diepten van de stofwisseling, uit het gebied waar de angsten overdag keurig zijn opgeborgen. Maar ’s nachts is de deksel van de pan. Dan kunnen er angsten in het droomleven terecht komen waarin je je kind van overdag helemaal niet herkend. De aanleiding kan een gebeurtenis van overdag zijn. De losgewoelde angst hoeft helemaal niet in verband te staan met de aanleiding. Er zit niet vaak een diepere betekenis aan nachtmerries. Zie voor dit onderwerp het Christofoorboekje Slaappatronen.
Angst en fobie
Als een angst, bijvoorbeeld voor honden, leidt tot vermijdingsgedrag, bijvoorbeeld niet meer uit huis komen, zodat je geen honden zult tegenkomen, is er een fobie ontstaan. Achter ieder fobie staat angst, niet iedere angst leidt tot een fobie.
Angst is normaal
Angst is een normaal verschijnsel. Tot op zekere hoogte is het zelfs nodig. Wat zou een leven zonder angst zijn? Zou dat niet gemakkelijk tot roekeloosheid leiden? Angst maakt dat we voorzichtig zijn. Het houdt ons “bij de les”. We leren kinderen zelfs dat ze moeten oppassen in het verkeer, dat ze niet zomaar met iedereen moeten meelopen, dat je niet iedereen kunt vertrouwen, dat onweer soms gevaarlijk is etcetera. Angst is een onmisbare factor om mensen te brengen om hun kind te gaan inenten. Met angst kan je mensen enorm manipuleren. Dus angst hoort bij het leven, net als vertrouwen. Ze houden elkaar in evenwicht. Het is voor een ouder heel belangrijk te weten wanneer de angst van hun kind niet normaal is en wanneer wel normaal.
Omgaan met angst
Omgaan met angst betekent in onze ogen meestal niet: de angst bestrijden. Het betekent het versterken van het vertrouwen, de tegenpool. Vertrouwen is een groot woord. In het Kindertherapeuticum verstaan we eronder, dat het kind zijn omgeving kan leren vertrouwen, als het zichzelf heeft leren vertrouwen. Voor een kind betekent dat: vertrouwen op zijn eigen lijf, zijn eigen motoriek, zijn eigen gedachten en gevoelens. Meestal is het een lichaamsgerichte therapie waarmee we beginnen. Met de ouders proberen we in de ouderbegeleiding te overleggen over het omgaan met zoiets invoelbaars, maar onlogisch als de angst van hun kind. Een ouder kind kan leren om zichzelf niet de put in te praten, maar moed in te praten. Dan krijgt het handvatten in het omgaan met de angst.
Angst is normaal, angst hoort erbij. Maar als het teveel ruimte inneemt, willen we graag helpen om de gedachten en gevoelens te bevrijden van de angst.
Uw kind aanmelden
Herkent u de symptomen van angst en wilt u uw kind direct aanmelden? Ga dan naar onze aanmeldpagina: